Wij gebruiken cookies om u een betere gebruikerservaring te bieden. Door gebruik te maken van onze diensten, accepteert u ons gebruik van cookies. Bepaalde functionaliteiten worden niet ondersteund bij het bezoeken van de website in verouderde webbrowsers.
  1. Home
  2. BOUGIES

BOUGIES

BOUGIES

Bekijk ons assortiment van bougies voor je Britse klassieke wagen. Check de toestand van je bougies. Een goede functionering van je bougie zorgt voor een betere prestatie van je wagen. Wij raden aan om de bougies om de 20.000km te vervangen.

Anglo Parts verdeeld bougies van de merken Champion en NGK, 2 van de wereldleider gespecialiseerd in de productie van bougies met meer dan 100 jaar ervaring.

De bougie dient om net voor het einde van de compressieslag het aangezogen gasmengsel in de cilinder door een elektrische vonk tot ontbranding te brengen. Op het juiste ogenblik, wanneer de zuiger van de desbetreffende cilinder bijna aan het einde van de compressieslag staat, wordt een stroomstoot van zeer hoge spanning door de bougie gevoerd, zodat tussen de centrale elektrode en de massa-elektrode een vonk overslaat. De overspringende vonk ontsteekt de brandbare gasdeeltjes in het vonkgebied, waarbij een grote warmte wordt ontwikkeld en de inhoud van de verbrandingsruimte binnen zeer korte tijd door de voortplanting van het vlammenfront tot ontbranding wordt gebracht.

Wil men verzekerd zijn van een goede werking van de bougie, dan dienen de volgende drie punten in acht te worden genomen:

  • de elektrodeafstand
  •  de warmtegraad
  • de algemene toestand (kleur van elektrode en porselein)


De elektrode brandt bij gebruik iets af en daarom moet de elektrodeafstand regelmatig worden gecontroleerd en zo mogelijk worden bijgesteld op de door de fabrikant aangegeven waarde (b.v. 0,4 mm). Een te grote afstand leidt tot een hogere ontstekingsspanning wat ten koste gaat van de vonkduur (tijd), of in het slechtste geval heeft men geen vonk. Het meten van de elektrodeafstand gebeurt met een voelermaat.

Om optimaal te presteren mag de temperatuur van de isolatorneus niet langdurig hoger zijn dan 850°C, ook mag de temperatuur gedurende langere tijd niet beduidend lager zijn dan 530° C . Bij een te hoge temperatuur kan het gasmengsel door de gloeiende isolator tot ontbranding worden gebracht voordat de vonkoverslag plaatsvindt. Bij een te lage temperatuur wordt de zelfreinigingstemperatuur niet bereikt waardoor sterke roetvorming ontstaat welke elektrisch geleidend is, hierdoor kan de bougie uitvallen.

Om te bereiken dat de bougie is aangepast aan de thermische omstandigheden van het type motor waarin deze wordt gebruikt zijn ze verkrijgbaar met verschillende warmtegraden. De warmtegraad drukt het vermogen uit van een bougie om warmte op te nemen en af te voeren. Bij een "koude" bougie is het aan de hitte van de verbrandingsgassen blootgestelde isolatorgedeelte relatief kort waardoor de warmte snel aan de cilinderkop wordt afgeven. Bij een "warme" bougie is de isolatorneus langer waardoor de warmteopname groter is.

Wat de algemene toestand van de bougie betreft, deze mag niet vervuild zijn door koolafzetting of loodresten. Een bougie, gebruikt onder normale omstandigheden met de juiste bedrijfstemperatuur, heeft een aanslag die licht gekleurd of grijs is.

Voor dieselmotoren zijn bougies niet nodig, omdat hier de brandstof op het juiste moment wordt ingespoten in de aangezogen hoog gecomprimeerde lucht boven de zuigers, waardoor dit gasmengsel zelfontbrandend is. Wel treft men in een dieselmotor soms een gloeibougie aan. Dat is een elektrisch verwarmingselement dat het gasmengsel in een koude dieselmotor voorverwarmt, zodat het gasmengsel zijn zelfontbrandingstemperatuur kan bereiken.